Vanaf 7 juni 2024 wordt het toepassingsgebied van bemiddeling uitgebreid.
- Enerzijds kan bemiddeling ook voor de al dan niet grensoverschrijdende geschillen van vermogensrechtelijke aard en de niet-vermogensrechtelijke geschillen die vatbaar zijn voor dading waarin publiekrechtelijke rechtspersonen betrokken zijn. Bemiddeling kan vanaf dan dus ook met bv. de Belgische Staat, de provincies en de gemeenten.
- Anderzijds kunnen rechters voortaan in elke stand van het geding een gerechtelijke bemiddeling bevelen wanneer hij een verzoening tussen de partijen mogelijk acht én dit de redelijke termijn om tot een gerechtelijke beslissing te bekomen niet in het gedrang brengt.
Met dezelfde wetswijziging worden ook enkele aanpassingen gedaan aan de samenstelling en werken van de Federale Bemiddelingscommissie:
- De FBC zal voortaan uit 30 i.p.v. 24 leden bestaan. Er is ook voorzien dat de FBC een advies moet verlenen aan de Minister van Justitie aan welke voorwaarden een representatieve instantie voor bemiddelaars, die geen advocaat, (kandidaat-)notaris, (kandidaat-)gerechtsdeurwaarder of (emeritus- of ere-)magistraat moet voldoen. Vervolgens moet de Minister van Justitie een lijst van deze representatieve instanties opmaken.
- Het Bureau van de FBC krijgt één vast en één plaatsvervangend lid erbij. Voor de groep bemiddelaars, die geen advocaat, (kandidaat-)notaris, (kandidaat-)gerechtsdeurwaarder of (emeritus- of ere-)magistraat zijn, worden voortaan vertegenwoordigd door 6 (drie Nederlandstalige en drie Franstalige) i.p.v. 4 afgevaardigden van de representatieve instanties.
- De mandaten van de leden van het Bureau van de FBC, de voorzitter van het Bureau, de leden van de drie vaste commissies gelden voor 3 jaar.
- Er wordt voorzien in bijkomende plaatsvervangende assessoren voor de commissie voor de tuchtregeling en klachtenbehandeling.
